Stressvolle gebeurtenissen hebben effect op de manier waarop iemands temperament zich ontwikkelt tijdens de adolescentie. Jongeren die stressvolle gebeurtenissen hebben meegemaakt zijn op 16-jarige leeftijd meer gefrustreerd dan als 11-jarige. Niet alleen geldt dit bij heel ernstige gebeurtenissen, maar ook voor (meerdere) milde gebeurtenissen die bijna iedereen wel eens meemaakt als verhuizingen.
Jongeren die geen stress meemaken zijn juist minder snel gefrustreerd naarmate ze ouder worden. Ook hebben jongeren na stressvolle gebeurtenissen een grotere kans om psychische aandoeningen te ontwikkelen, zoals depressie of gedragsproblemen. Dit blijkt uit onderzoek van psycholoog Odilia Laceulle van het Universitair Medisch Centrum Groningen. Zij promoveert op 9 september aan de Rijksuniversiteit Groningen op haar proefschrift. Haar onderzoek maakt deel uit van de langlopende TRAILS-studie (TRacking Adolescents’ Individual Lives Survey (TRAILS).
Stressvolle gebeurtenissen zijn bekende risicofactoren voor de ontwikkeling van psychische aandoeningen. Deze laatste komen vanaf het begin van de adolescentie vaker voor. Deze stijging, in combinatie met de biologische, psychische en sociale veranderingen die kenmerkend zijn voor de adolescentie, leidt tot de vraag of de adolescentie kan worden gezien als een gevoelige periode wat betreft de invloed van stress. Laceulle ging in haar onderzoek na welke soorten stress deze effecten kunnen hebben en onderzocht of alleen stress temperament beïnvloedt of dat adolescenten met een bepaald temperament ook meer kans hebben stressvolle gebeurtenissen mee te maken. Ook keek zij of sommige jongeren sterker reageren op stressvolle gebeurtenissen dan anderen en keek zij naar de ontwikkeling van psychische aandoeningen op lange termijn.
Lees verder op de website van het UMCG.